Op 7 November, 2006, aan het einde van de Conferentie “Op weg naar Wenen
2008” die plaatsvond in het Europees Parlement in Brussel, is de volgende
verklaring aangenomen met de steun van leden van het Europees Parlement
van twee politieke groepen (GUE/NGL en GROENEN) en vertegenwoordigers
van meer dan 50 NGO’s alsmede locale en regionale overheden uit Europa en
daarbuiten;
Lees ook het Conferentieverslag van de afgevaardigden van het PCN.
Drugbeleid in Europa zou gericht moeten zijn op het verminderen en niet het
vergroten van schade. Een systeem waarin drugs verboden zijn genereert
gewapende conflicten, de verspreiding van ziektes, onderdrukking van volkeren
en individuele burgers, georganiseerde misdaad, het witwassen van geld,
schendingen van mensenrechten en ecologische vernietiging.
In 1998 is op een Speciale Zitting van de Algemene Vergadering van de VN in
New York opgeroepen tot een globale strategie om tot een drugsvrije wereld te
komen in 2008. Het falen van het beleid dat op deze stelling is gebaseerd wordt
elke dag gevoeld door burgers, door boeren in opium en coca producerende
gebieden in Azië en Zuid-Amerika, door mensen in gevangenissen, in
discotheken, in coffeeshops, in gebruikersuimten, maar ook in de
wandelgangen van de politieke besluitvorming.
Daarom is het tijd voor een ander drugsbeleid. In de toekomst zou drugsbeleid
in Europa gebaseerd moeten zijn op de realiteit. Als de werkelijkheid de basis is
voor beleid, kunnen onjuiste en contraproductieve maatregelen tegengegaan
en vermeden worden.
SCHADEBEPERKING
Momenteel wordt schadebeperking door vele locale en regionale overheden in
Europa omarmd als een effectieve aanpak van de meest orgente
gezondheidsproblemen die aan druggebruik verbonden zijn. Toch is
schadebeperking nog niet officieel erkend als een van de basisprincipes van
drugsbeleid. Er zijn nog altijd vele manieren om schadebeperking toe te passen
die ondermijnd worden door de nationale wetgeving en geblokkeerd door het
internationale wettelijk kader (ofwel, de VN verdragen over drugs en de enge
en verkeerde toepassing ervan).
De Europese Unie zou de grootst mogelijke verspreiding van
schadebeperkingsprogramma’s die hun onbetwistbare resultaten hebben
aangetoond in heel Europa moeten promoten. Vooral in Oost Europese landen
is er dringend behoefte aan deze programma’s om de verspreiding van
overdraagbare ziektes te voorkomen.
CANNABIS
Miljoenen Europeanen zijn dagelijks genoodzaakt om de wetten van hun land
te schenden, met het doel om zichzelf te voorzien van cannabis.
Het bezit van cannabis is gedepenaliseerd of gedoogd in de meeste EU
lidstaten, als een gevolg van de pragmatische houding van de meeste
Europese burgers ten aanzien van het gebruik van cannabis. Niettemin blijft
cannabis een illegale drug, en de activiteiten die nodig zijn om
cannabisconsumenten, zelfs degenen die voor therapeutische doeleinden
gebruiken, te voorzien, vinden nog altijd plaats in de illegaliteit.
Waarook ter wereld regeringen trachten om de cannabismarkt met repressieve
maatregelen te controleren, leidt dit tot een verdere toename van de rol van de
georganiseerde criminaliteit. Om die reden bieden cannabisconsumenten uit
verschillende Europese landen een alternatieve optie aan voor de controle van
deze markt, zowel wat betreft de volksgezondheid als de openbare veiligheid.
In landen waar de verbouw van cannabis voor persoonlijk gebruik is
gedepenaliseerd (zoals Spanje, België, Zwitzerland en Nederland), zetten
cannabisconsumenten zogenaamde Cannabis Social Clubs op. Dit zijn legale
verenigingen die een transparant en gesloten circuit organiseren van verbouw,
distributie en consumptie van cannabis voor hun meerderjarige leden, als een
manier om aan de illegale markt te ontsnappen. Deze clubs zouden een
bruikbaar experiment kunnen zijn voor een systeem dat de cannabismarkt
regelt met behulp van milieu-en gebruikersvriendelijke produktie- en
consumptiemethoden. Wij vragen alle locale en nationale overheden in de
Europese Unie om samen te werken met deze initiatieven.
COCABLADEREN
De roep om depenalisering van het cocablad, als een middel om een alternatief
te scheppen voor de illegale markt waarvan miljoenen cocaboeren in Zuid-
Amerika afhankelijk zijn, is onlangs gepresenteerd door de huidige regering van
Bolivia onder het presidentschap van Evo Morales. De internationale
depenalisering van het cocablad zou de export van cocathee en andere
heilzame cocaprodukten mogelijk maken, en zodoende bijdragen aan de
wereldwijde erkenning van de grote nutritionele, medicinale en culturele waarde
van coca. Dit zou de afhankelijkheid van de cocaboeren van de illegale
economie kunnen verminderen en bijdragen aan hhet scheppen van duurzame
economische perspectieven op basis van hernieuwbare landbouwgewassen.
We doen een beroep op alle nationale overheden in de Europese Unie om met
de Boliviaanse regering op dit punt samen te werken.
OPIUM
De pogingen om de teelt van opium in Azië te verminderen hebben niet alleen
gefaald, de gevolgen ervan zijn averechts. Er wordt momenteel 40 keer meer
opium verbouwd in Afghanistan dan voor de invasie van het land door de
Verenigde Staten in 2001. We roepen de autoriteiten van de Europese Unie op
een andere aanpak te hanteren. Depenalisering van de verbouw van opium en het toelaten van het gebruik van dit middel voor positieve toepassingen, onder
andere als pijnbestrijder, zou een van de opties kunnen zijn om de
levensstandaard van opiumboeren in Afghanistan, Burma en andere landen te
verhogen.
WENEN 2008
De vergadering van de Commissie Verdovende Middelen van de Verenigde
Naties in 2008 zal de volgende gelegenheid zijn om de antidrugs strategie te
evalueren die de laatste 10 jaar over de hele wereld is toegepast. We doen een
beroep op de Europese Unie om al het nodige in het werk te stellen om te
verzekeren dat dit evaluatieproces daadwerkelijk de impact zal analyseren van
drugbestrijding op de levens van de betrokken burgers, alsmede de financiële
en andere consequenties voor het gerechtelijk apparaat.
Wenen 2008 zou het begin van een ander drugsbeleid moeten markeren. Dat
beleid moet uitgaan van een minimale standaard van tolerantie in het
internationale wettelijke kader, dat de wettelijke en politieke ruimte kan
scheppen voor locale, regionale en nationale overheden om beleid uit te
stippelen dat niet op een totaal verbod is gebaseerd.
Mensen die drugs verbouwen en consumeren zijn niet minder waard noch
minder legitiem dan mensen die dat niet doen. Samen met andere burgers die
direct betrokken zijn bij het drugsbeleid dienen zij geraadpleegd te worden in
het ontwerpen van drugsbeleid met het doel om dit beleid meer rechtvaardig en
effectief te maken.
Deze verklaring werd getekend door:
Leden van het Europees Parlement
Mrs. Katalijne BUITENWEG, MEP, GREENS
Mr. Giusto CATANIA, MEP, GUE/NGL
Locale/Regionale Overheden
Mrs. Belen BILBAO, Regionale Regering van Baskenland, Spanje
Niet-Goevernementele Organisaties
European Coalition for Just and Effective Drug Policies (ENCOD) en aanwezige leden:
ARSECA, Spanje
HPPRY, Finland
Livello 57, Italië
Radio For Peace, Italië
Hanfjournal, Duitsland
Ganjazz, Spanje
Legalize, Nederland
PIC, Italië
Trekt Uw Plant, België
CLCA, Verenigd Koninkrijk
LCA, VK
Ligne Blanche, Frankrijk
CIRC, Frankrijk
Checkpoint, Nederland
DEBED, Belgie
AMOC, Nederland
FAUDAS, Spanje
VRCO, Nederland
Colosseum, Nederland
GROEN VRIJ, Nederland
DAK, Belgie
STAD, Belgie
SPLIF, Nederland
Common Sense for Drug Policy, USA
Info Chanvre, Zwitserland
ASUD, Frankrijk
MDHG, Nederland
Pannagh, Spanje
FAC, Spanje
HOPE, Bulgarije
Forum Droghe, Italie
Drug Reform Coordination, USA
PCN, Nederland
Students Against Prohibition, Slovenie
DHV, Duitsland
DROLEG, Zwitserland
SHK, Zwitserland
Liaisons Antiprohibitionnistes, Belgie
Amigos de Maria Vitoria, Spanje
Eve & Rave, Duitsland
REFORM, VK
AICC, Spanje
JMT, VK