25 januari 2011
Encod zal klacht neerleggen tegen elke Europese regering die bezwaar zal indienen tegen het Boliviaanse voorstel om het verbod op cocagebruik op te heffen.
Morgen, 26 januari, zal de Horizontale Drugs Groep, gevormd door de EU lidstaten om hun drugsbeleid te coördineren, een besluit nemen over de vraag of zij bezwaar zal indienen tegen het verzoek van Bolivia om de verplichting tot het verbieden van het traditoneel gebruik van cocabladeren uit het VN Enkelvoudig VBerdrag inzake Verdovende Middelen te schrappen. Vorige week heeft de regering van de Verenigde Staten zo’n bezwaar ingediend en het is bekend dat de VS druk heeft uitgeoefend op de regeringen van de EU om haar voorbeeld te volgen.
In de landen van de Andes vormt het gebruik van cocabladeren een fundamenteel onderdeel van een eeuwenoude cultuur. Het gebruik van het cocablad als voedingssupplement, medicijn en onderdeel van bijeenkomsten en feesten is meer dan 5.000 jaar oud. Het cocablad maakt deel uit van het dagelijkse leven van miljoenen mensen die de bergen bevolken tussen Chili, Argentinië, Bolivia, Peru, Ecuador, Colombia en delen van Venezuela.
Men kan cocathee drinken in de hotels, restaurants en zelfs Westerse ambassades in Bolivia. Westerse toeristen of bezoekers leren het cocablad te waarderen en velen nemen sommige van de cocaprodukten die in Bolivia en Peru legaal verkrijgbaar zijn mee naar huis. Vandaag de dag kunnen deze produkten zelfs gekocht worden in winkels van Latijnsamerikaanse migranten in Europa of via het Internet.
In het verleden is geen enkel serieus wetenschappelijk document verschenen waarin enig bewijs wordt geleverd voor negatieve effecten van het gebruik van cocabladeren op de lichamelijke of geestelijke gezondheid. Integendeel, er bestaat een grote hoeveelheid rapporten van wetenschappers uit de Andes en elders, onder andere van de Wereld Gezondheids Organisatie, waarin bewezen wordt dat dit gebruik niets dan positieve effecten heeft.
Echter, volgens het Enkelvoudig Verdrag uit 1961 zou het gebruik van cocabladeren verboden moeten worden in een periode van 25 jaar (zulk een eis is nooit genoemd in verband met het gebruik van cocaïne). Het enige wettelijke gebruik dat van cocabladeren kan worden gemaakt is voorbehouden aan dat van de farmaceutische bedrijven die cocagebruiken aanwenden voor de vervaardiging van legale cocaïne voor medicinale doeleinden, en van Coca-Cola, dat de bladeren blijft gebruiken voor de produktie van de smaakstof die de frisdrank haar typische smaak geeft. De landen waar cocabladeren worden verbouwd zijn uitgesloten van de lijst van landen die van deze mogelijkheid gebruik kunnen maken.
Dus terwijl het recht om het cocablad te gebruiken als grondstof voor winstgevende produkten wordt voorbehouden aan Westerse bedrijven, heeft het VN Enkelvoudig Verdrag inzake Verdovende Middelen het traditionele cocagebruik gecriminaliseerd. Dit is een van de meest schandalige misdaden die gepleegd zijn door de Westerse wereld tegen andere beschavingen in de recente geschiedenis. Het indienen van een bezwaar tegen het Boliviaanse voorstel zou neerkomen op een flagrante schending van de VN Verklaring over de rechten van Inheemse Volkeren, die in 2007 werd aangenomen. Deze Verklaring stelt vast dat inheemse volkeren het recht hebben om “hun culturele erfenis, traditionele kennis en culturele uitingen te bewaren, beschermen en ontwikkelen.” Als de Westerse wereld het gebruik van coca zou willen uitroeien, moet ze eerst de Andes-cultuur vernietigen.
Racisme is een geloof dat raciale verschillen ertoe leiden dat een bepaald ras superieur is aan het andere.
Het verbieden van traditioneel cocagebruik is een daad van racisme.
Daarom zal de Europese Coalitie voor Rechtvaardig en Effectief Drugsbeleid de nodige wettelijke procedures inleiden om een klacht wegens racisme neer te leggen tegen elke regering van een EU-land dat morgen zal beslissen bezwaar in te dienen tegen het verzoek van de Boliviaanse regering om het Enkelvoudig Verdrag in deze zin te herzien.