Bron: Humo
6 juni 2011
Wiet, wat en waarom
Tot nader order moeten blowers de grens over om op legale wijze aan hun gerief te komen, naar onze sympathieke noorderburen. Maar de Antwerpse vzw Trekt Uw Plant (TUP) heeft ontdekt hoe je de wietwet kunt omzeilen.
Cannabis bezitten of kweken is verboden in ons land, maar een ministeriële richtlijn uit 2005 kent dat misdrijf een ‘lage vervolgingsprioriteit’ toe. Meer had de Antwerpse vzw Trekt Uw Plant (TUP) niet nodig om een heus cannabisplan uit te dokteren: een legale manier om haar 95 leden op geregelde tijdstippen van één cannabisplant te voorzien. Dat mag u letterlijk nemen – op een zogenaamde ruilbeurs komen de leden twee zakjes afhalen: één met cannabisbloemen, de wiet dus, en één met de verhakselde plant en bladeren in. Daarvoor moet je wel eerst lid worden.
Enkele quotes
HUMO Waarom doen jullie dit?
Joep Oomen «Wij zien onszelf als de Test-Aankoop van de cannabisgebruiker. Mensen kweken en roken cannabis, en de overheid gedoogt dat. Maar niemand maakt zich zorgen over wát al die mensen precies roken. Uit onderzoek is gebleken dat er soms fijngemalen glas, lood en zelfs verfresiduen aan wiet worden toegevoegd: daardoor weegt het meer, en het wordt verkocht per gram. Wij willen dat onze leden cannabis van goede kwaliteit kunnen roken. Biologisch geteeld.»
HUMO Cannabis telen is bij wet verboden. Dan is jullie vzw toch illegaal bezig?
Joep «Nee hoor: wij hebben een legale manier gevonden om wiet te kunnen gebruiken. Lees er de ministeriële richtlijn van 2005 over het bezit van cannabis maar op na: daarin staat dat elke meerderjarige 3 gram cannabis mag hebben, of één cannabisplant, als er sprake is van niet-problematisch gebruik en als hij of zij geen overlast veroorzaakt. Wij kunnen bewijzen dat elke plant die in onze ruimte geteeld wordt, eigendom is van één van onze leden. We kopiëren je identiteitskaart zodat we zeker weten dat je meerderjarig bent, en die kopie hangen we dan aan jouw plant, samen met een verklaring waarin jij bevestigt de eigenaar ervan te zijn.»
En dan, twee maanden na mijn intakegesprek, krijg ik een bericht in mijn mailbox: ‘Beste Sven, de ruilbeurs vindt plaats op zaterdag 21 mei vanaf 16 uur op het bekende adres. Zorg dat je op tijd bent. Aan je plant zit 20 gram. De kosten van het grootbrengen bedragen 80 euro. Gelieve dit bedrag over te maken op ons rekeningnummer. Je kunt ook cash betalen op de dag zelf. Gelieve mij niet te bellen over dit onderwerp. Groet, Joep.’ Over twee weken mag ik mijn plantje ophalen!
Daar aangekomen krijg ik van één van de leden een tegoedbon met de eigenschappen van mijn langverwachte plant: het is een ‘Pure Power Plant, 100% Belgowiet met een zoet, naar naaldbomen neigend aroma. Het effect is een fijn gevoel met een prettige sociale high. Met een THC-percentage van 15% en meer.’
Vijf minuten later is het zover. Na drie maanden lidmaatschap haal ik mijn eerste oogst binnen: een doorzichtige, hersluitbare zak met 20 gram cannabis, en nog een aparte zak met daarin de verhakselde stengel en bladeren van mijn plant. Wat moet ik daarmee? De man naast mij ziet de vraag in mijn ogen: ‘Daar kan je thee mee zetten, of wietboter van maken. Je smelt de boter en doet dat groene spul erbij. Dat zeef je, laat je stollen en je hebt boter voor op je brood, of om een wietcake mee te bakken.’
Voor Trekt Uw Plant hebben drie kwekers elk 32 planten onder hun hoede. De locatie van die planten is een geheim, ook voor de leden. François – opnieuw: niet z’n echte naam – is één van die cannabiskwekers en ontvangt me bij hem thuis.
François «Ik beschouw mezelf nu als een ideologische kweker. Ik heb een hekel aan de hypocrisie rond cannabis. Sinds 2005 zitten we met die ministeriële richtlijn. Dat is een regelrecht misbaksel, puur haastwerk. Die richtlijn zegt dat je 3 gram of één plant mag hebben. Maar wat bedoelen ze precies met 3 gram? Is dat per uur, per dag, per week, per decennium? En wat met die éne plant? Als ik hier buiten een plant zet – we hebben het nu even over buitenwiet, als je binnen kweekt ligt je opbrengst veel lager – en ik, met mijn achttien jaar ervaring, verzorg die plant goed, dan hangt daar na een tijdje makkelijk een halve kilo wiet aan. Als het goed weer is en alles meezit, zelfs een kilo. Mag dat dan volgens die richtlijn? Ik weet het niet, en de heren ministers ook niet. Omdat ze er geen fluit van kennen.»
U leest het volledige artikel op dinsdag 7 juni in Humo 3692/23.