Bron: Stichting Adviesburo Drugs
August de Loor
Hierbij mijn waarnemingen, eerste indrukken en voorzichtige conclusies na een maand wietpas in het zuiden van het land, in hoeverre de pas aanslaat, of het zorgt voor een afname van het drugstoerisme en hoe het staat met straatoverlast.
Hiervoor heb ik de afgelopen maand contact opgenomen met vele eigenaren van besloten clubs in het zuiden van het land, gesprekken gevoerd met consumenten van cannabis en heb ik tijdens het Pinksterweekend de steden Venlo en Helmond bezocht om naast het langsgaan bij de clubs aldaar, ook naar de straatoverlast te kijken. Vanwege het gerapporteerde waterbedeffect heb ik ook een aantal coffeeshops boven de grote rivieren in Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen en Arnhem bezocht.
Al deze informatie heb ik op basis van mijn kennis over meer dan 40 jaar trends in het gebruik van cannabis en coffeeshops in Nederland ( en andere drugs) verwerkt in deze notitie
Hierbij een overzicht van wat ik aan informatie en indrukken verzameld heb.
· Ondanks de verschillen per stad kan voorzichtig gesteld worden dat de aanvraag voor de wietpas onder de Hollandse consument van cannabis laag is. Als het in sommige besloten clubs de 50% haalt van de reguliere coffeeshopbezoekers is dat het hoogste percentage van wat ik tot op heden inschat. Het overgrote deel van de besloten clubs zit ver onder dat percentage.
· In een aantal clubs die volkomen leeg zijn zie ik aanzetten om te gaan stunten om leden te werven (stunten met prijzen, stempelkaarten, enz). Of dit ook werkelijk gaat gebeuren is maar zeer de vraag (n.b. sinds het Pinksterweekend heb ik hier niets meer over vernomen).
· Sommige eigenaren hebben al personeel ontslagen met het risico dat een deel van de ex-personeelsleden, met hun opgebouwde kennis en ervaring in de periferie van de cannabiswereld eigen inkomsten gaan verwerven. “Dit soort personeel kan, ondanks hun bewezen kwaliteiten nergens aan de bak, dus moet ik lijdzaam toezien als ze in het illegale deel van de cannabiswereld gaan opereren”. Dit maakt alles extra macaber dat Opstelten een nieuw illegaal verkoopcircuit creëert van mensen die nota bene in de coffeeshop opgeleid zijn.”; zei een zwaar aangeslagen eigenaar in het Brabantse. Waarbij hij ook fijntjes wees op het hoge percentage werkeloosheid in deze provincie.
· Vooral eigenaren van lege clubs overwegen om over te gaan tot alleen een verkooploket (een trend wat al een aantal jaren geleden op gang kwam n.a.v. de invoering van de Tabakswet). “Met een besloten club verdwijnt alle gezelligheid en open sfeer wat zo kenmerkend was voor mijn coffeeshop. Daarom ontsla ik mijn horecapersoneel en zet alles in op de huisdealer beschermt door camera’s en bewakingspersoneel.” “Ik moet ook wel als ik straks misschien 2000 leden moet bedienen van zeer frequente blowers (aan niet-frequente blowers verdien ik te weinig).” Op mijn reactie dat een dergelijk model tot meer overlast zal leiden werd gelaten gereageerd met een vingerwijzing richting Opstelten.
Door bovengenoemde nog geringe populariteit van de wietpas lopen een aantal rode lijnen die belangrijk zijn om te melden.
· Er is alom onduidelijkheid over de wietpas als zou je alleen lid mogen worden van één besloten club en dan ook nog alleen voor de club in de eigen gemeente. Het begrip ingezetene werkt die onduidelijkheid in de hand. “Ik kan geen lid worden van een besloten club in een andere gemeente als in mijn eigen stad/dorp geen coffeeshop is” ,was een veelgehoorde opmerking.
· Er leeft onder consumenten alom weerzin om een uittreksel aan te vragen, angst voor de werkgever, politie, schoolhoofd, ouders, verzekeringsmaatschappij, sportclub, familie, muziekvereniging, angst voor registratie bij de overheid omdat op het stadhuis opgegeven moet worden waar een uittreksel voor nodig is (n.b. in de week na Pinksteren werd bekend gemaakt dat het aanvragen van een GBA uittreksel vervallen is. Hierbij stelt het Ministerie van VenJ uitdrukkelijk dat de eigenaar verantwoordelijk blijft voor de controle op het ingezetene zijn van de leden. Deze wijziging zorgt echter voor nog meer onduidelijkheid over de wietpas met voor de eigenaar van de besloten club de vraag hoe hij deze verantwoordelijkheid zodanig moet invullen om alsnog niet in de problemen te komen).
· Er leeft onder eigenaren de angst dat de ledenlijst ter controle wordt meegenomen door politie/justitie (In een aantal steden heeft dit tot overleg met de lokale triparty geleid. Ondanks dat hierover afspraken zijn gemaakt, blijft deze angst “in de lucht hangen”.)
· Per coffeeshop, per stad worden uiteenlopende, lees explosieve dalingen van de omzet gemeld, niet alleen als gevolg van het wegblijven van buitenlanders, maar ook van de reguliere Hollandse bezoekers (de ingezetenen).
· Ondanks dat ik dat nog niet bevestigd heb gekregen uit het veld, heb ik de indruk dat vooral de beginnende en onregelmatige cannabisconsumenten geen wietpas aanvragen. In hoeverre zij zullen afzien om cannabis te gebruiken is moeilijk na te gaan. Mocht dit gebeuren (wat door menigeen als een voordeel van de wietpas opgevat zal worden) is het de vraag of dit opweegt tegen diegenen die cannabis zullen gaan kopen via het illegale circuit of via bevriende relaties. Het zijn vooral beginnende, lees onervaren gebruikers die in mijn visie niet op deze manier aan cannabis moeten komen; uit een illegaal circuit zonder voorlichting waar (vaak ook) andere drugs verkocht worden, of via relaties waar tegenop gekeken wordt, met het risico dat daar wederdiensten tegenover moeten staan, enz. Het roept de vraag op of deze categorie van beginnende en onregelmatige gebruikers een appel zullen gaan doen op diegenen die wel een wietpas hebben, met alle nadelen van dien van het ontstaan van tussenhandel, van rondhangen in de buurt van een besloten club (de afgelopen jaren is er veel aandacht besteedt om bezoekers van coffeeshops weerbaarder te maken tegen de verzoeken van minderjarigen om voor hen cannabis aan te schaffen. Dit tot op heden relatief geringe fenomeen zal door de wietpas niet alleen groter worden maar ook moeilijker te bestrijden zijn).
Dit teruglezend is er alom onduidelijkheid over de wietpas. Zowel vanuit het Ministerie van VenJ, als vanuit de verschillende gemeentes zijn er de laatste tijd allerlei interpretaties naar buiten gebracht over de wietpas, wat naast de bestaande weerzin, tot allerlei onlogische interpretaties en veronderstellingen leidt onder eigenaren en consumenten over diezelfde wietpas. Het recente besluit van het loslaten van een GBA uitreksel heeft die onduidelijkheid alleen maar versterkt.
De onduidelijkheid, lees onzorgvuldigheid waarop de wietpas is geïntroduceerd is een indicatie dat de overheid (en haar adviescommissies) over weinig inlevingsvermogen beschikt over de wereld van coffeeshops, haar bezoekers en de consument van cannabis in het algemeen.
Alles wijst erop dat in de besluitvorming nergens risicoanalyses hebben plaatsgevonden over de mogelijke gevolgen van de invoering van de wietpas.
En dan heb ik het nog niet over de andere maatregelen die in het verschiet liggen, zoals de invoering van de scholenafstand wat op lokaal niveau in 2013 zijn beslag moet krijgen in verband met de deadline van 1 januari 2014 die de regering stelt. En ook het aangekondigde verbod op de verkoop van hasj en wiet met 15% THC en de toezegging van Opstelten aan de Tweede Kamer om, afhankelijk van nader onderzoek, ook buitenlandse hasj te verbieden zal van grote invloed zijn in hoeverre consumenten zich willen inschrijven bij een besloten club.
Als voor consumenten een besloten cannabisclub gereduceerd is tot een afhaalloket van “slappe” Nederwiet, is het illegale verkoopadres waar alle soorten cannabis wel te koop zijn een voorspelbaar alternatief. Het is zeer de vraag of de Hollandse cannabisconsument de wietpas zal blijven gebruiken als hij of zij in de loop der tijd hier de bezwaren en beperkingen van gaat ondervinden, nog los van dat een besloten club niet kan wedijveren met het open karakter van een coffeeshop. Het kan er toe leiden dat een deel van de leden af zullen gaan zien van het jaarlijks verlengen van de wietpas, of het wel verlengen maar in de praktijk uitwijken naar illegale verkoopadressen van cannabis waarvan het aantal de komende jaren alleen maar zal toenemen als gevolg van de invoering van de scholenafstand.
Kortom, de nu aantrekkende aanvragen van de wietpas zegt nog niets of dit een blijvende trend is met als verhullend aspect of de consument ook daadwerkelijk gebruik gaat maken van de pas.
Drugstoerisme
Het fenomeen van drugstoerisme is veel complexer dan de overheid doet geloven met de invoering van de wietpas, van zeer veel verschillen met de ons omringende landen in drug- en druggebruik, in drugsbeleid, in jeugd/jongeren beleid dan alleen het feit dat in Nederland coffeeshops staan. Drugstoerisme is een veelzijdig fenomeen wat door de decennia heen als eerste gelieerd werd met buitenlandse heroïneverslaafden met daaropvolgend die voor XTC, cocaïne of paddo’s naar Nederland kwamen om tenslotte toegedicht te worden op de buitenlandse bezoekers van coffeeshops. Kortom, het begrip drugstoerisme is een verzamelnaam met zeer uiteenlopende achtergronden en (inter-)nationale ontwikkelingen maar wat door de opeenvolgende regeringen steevast verengt werd tot wat op dat moment in de publieke als politieke aandacht stond.
Achterhoedegevecht
Voor een zorgvuldige beoordeling van wat de invoering van de wietpas voor gevolgen heeft, hanteer ik daarom i.p.v. drugstoerisme het begrip coffeeshop- en cannabistoerisme (waarbij opgemerkt dat een groot deel van dit toerisme i.t.t. bovengenoemde gebruikersgroepen ook gebruik maakt van de andere geneugten van ons land van Maastricht, Amsterdam tot Groningen).
Het hoeft geen uitleg dat door de invoering van de wietpas het coffeeshoptoerisme afneemt. In hoeverre het cannabistoerisme afneemt is, gelet op het illegale verkoopcircuit van cannabis (toegang zonder wietpas) een moeilijker te beantwoorden vraag.
Maar waar ik wel stellig in kan zijn is dat de wietpas een achterhaald wapen, een achterhoedegevecht is tegen zowel cannabis- als coffeeshoptoerisme. Met de wietpas houdt de regering op geen enkele manier rekening met de stormachtige ontwikkelingen in de kweek van Eurowiet in de ons omringende landen. De daarmee gepaard gaande nivellering in prijsverschillen tussen Eurowiet en Nederwiet zorgt al tijden voor een afname van het coffeeshop- en cannabistoerisme.
Daarnaast is er in de ons omringende landen op lokaal, regionaal en landelijk niveau een ontwikkeling gaande van het decriminaliseren van het gebruik van drugs i.c. cannabis. In vele Duitse deelstaten ontstaan fijnmazige netwerken van het distribueren van hasj en wiet waardoor de noodzaak om naar Nederland te komen afneemt. Dit is zichtbaar dat aan de oostgrens van Nederland het coffeeshop- en cannabistoerisme al jaren ingrijpend afgenomen is.
Minder snel, maar zijn ook deze ontwikkelingen gaande in België en Frankrijk. Zo zijn in België de eerste cannabisclubs opgericht die in coöperatief verband wiet kweken. Het aantal leden en het aantal coöperaties stijgt in aantal.
Het zijn al deze ontwikkelingen waardoor het coffeeshop- en cannabistoerisme naar Nederland de komende jaren verder zal afnemen. In plaats van hierop in te spelen breekt Nederland haar softdrugs- en coffeeshopbeleid af en wordt er gekozen voor een repressief beleid (van o.a. meer “blauw” op straat tegen straatoverlast). Met dit beleid conformeert Nederland zich meer en meer met het Europese beleid in het bestrijden van drugs, terwijl dit beleid al decennia lang de oorzaak is van het drugstoerisme naar ons land.
Straatoverlast
Wat opvalt is dat in de politiek (lokaal als landelijk) als in de media de discussie over de wietpas haast volledig in het teken staat van straatoverlast. In werkelijkheid speelt er rond straathandel in drugs zoveel uiteenlopende factoren zodat het haast onmogelijk is om precies na te gaan wat de invloed van de wietpas daarbij is. Desondanks een aantal opmerkingen mijnerzijds:
· In mijn, tijdens de Pinksterdagen, korte bezoeken aan een aantal zuidelijke steden heb ik geen opvallende straatoverlast c.q. straathandel van cannabis aan buitenlandse gebruikers waargenomen (n.b. waarnemingen overdag). Maar deze quickscan zegt niets of de verkoop van cannabis aan toeristen inmiddels ondergronds is gegaan als reactie op het intensieve politie- en justitiebeleid tegen straatoverlast. De ervaring leert dat met een dergelijk beleid openlijk drugsdealen altijd afneemt middels “verwatering” van de straathandel en het ontstaan van ondergrondse verkoopcircuits (06-lijnen, wiettaxi’s). De verschillende signalen uit wijken en buurten van steden als Maastricht, Heerlen, enz, wijzen daarop.
· De afgelopen decennia is de publieke ruimte van straten en pleinen ingrijpend gewijzigd, van de opkomst van cameratoezicht, van buurtwachten en allerlei andere overheidsdiensten op straat. De publieke ruimte leent zich dus steeds minder voor zaken die het daglicht niet verdragen. “De ruimte van de publieke ruimte is daarvoor steeds kleiner geworden”. Kortom, het fenomeen van opzichtig en openlijk straatdealen, het gevaar waarvoor gewaarschuwd werd n.a.v. de invoering van de wietpas is in de huidige tijd veel minder mogelijk. Dit betekent dat door de minder opzichtige en openlijke vormen van straathandel en -overlast de indruk kan ontstaan dat het met de gevolgen van de wietpas wel meevalt.
· Er zijn voldoende signalen dat de gefaseerde invoering van de wietpas voor een waterbedeffect zorgt van dat buitenlandse liefhebbers van cannabis de coffeeshops boven de grote rivieren bezoeken. Zowel de coffeeshops in Nijmegen, Arnhem, Amsterdam als Rotterdam worden de laatste tijd steeds vaker bezocht door cannabisliefhebbers uit België en Frankrijk.
· Consumenten en sleutelfiguren in de cannabiswereld melden een toename van straatdealers in het zuiden van het land die zich vooral richten op de verkoop van cannabis aan buitenlanders. De Hollandse gebruikers die zich niet willen of durven aanmelden bij een besloten club kopen overwegend via illegale adressen (adressen die door de ontwikkeling van de kweek van Nederwiet en de onevenwichtige spreiding en gestage afname van het aantal coffeeshops in het land in aantal zijn toegenomen om over de voordelen van de mobiele telefoon als dealsysteem maar te zwijgen).
· De jongste informatie op het drugstestspreekuur van mijn Adviesburo wijst erop dat er, sinds enige tijd, binnen het illegale verkoopcircuit van wiet, GHB te koop aangeboden wordt, met name in de provincies Noord Brabant en Overijssel ( GHB,een makkelijk, goedkoop en lokaal te produceren drug, wat vooral in populariteit stijgt onder kwetsbare jongeren in genoemde provincies).
Naar aanleiding van deze nieuwe variant van de vermenging van drugsmarkten wil ik erop wijzen dat in menig verslag van politie/justitie over invallen in het illegale kweek- en verkoopcircuit van wiet vaak ook andere drugs aangetroffen worden, zoals XTC en cocaïne. In de verslagen van de controle van coffeeshops komt deze vermenging van drugshandel, op een hoogst enkele uitzondering na, niet voor.
Wordt vervolgd…