Bron: De Pers
21 februari 2012
Door: Merel van Leeuwen
Hard softdrugsbeleid kan sneuvelen op het stadhuis
Gemeenten mogen van het ministerie zelf bepalen hoe ze optreden tegen coffeeshops die de wietpas boycotten. ?Een plus een is twee. Veel gemeenten zijn tegen de wietpas, die zullen dus niet snel tot sluiting overgaan.
Ze waren pertinent tegen de invoering van de wietpas, de burgemeesters van gemeenten met coffeeshops. En nu krijgen ze van het ministerie van Veiligheid en Justitie de mogelijkheid hun verzet in beleid om te zetten. ‘Gemeenten mogen zelf bepalen hoe ze optreden tegen coffeeshops die zich niet aan de wietpas houden’, laat het ministerie weten.
Opvallend, omdat het harde softdrugsbeleid van minister Opstelten dus bij de poorten van het stadhuis kan sneuvelen. Want menig burgemeester zal er niet aan moeten denken om de coffeeshops te sluiten. Dan weet je zeker dat de handel in softdrugs ondergronds gaat, dat illegale handelaren de markt overnemen, met overlast en criminaliteit tot gevolg. Omdat de gemeenteraden zelf de sancties kunnen opleggen, dreigt willekeur.
Over twee maanden is het zover. Per 1 mei moet de clubpas in Brabant, Limburg en Zeeland worden ingevoerd. Dan mogen coffeeshops alleen nog aan 2.000 geregistreerde leden softdrugs verkopen, aan mensen met een Nederlands paspoort, om drugstoeristen te weren.
Panden
Al sinds Opstelten de gehate wietpas presenteerde, is de kritiek niet van de lucht. Niet alleen van de coffeeshops, die in een aantal steden zoals in de grensstreek en Amsterdam een flinke inkomstendaling zien aankomen, maar ook van de gemeenten. Venlo bijvoorbeeld is tegen, en Den Bosch, Breda, Eindhoven en Tilburg. Ze vrezen dat de illegale straathandel in softdrugs door de ledenregistratie toeneemt en dat heeft gevolgen voor de leefbaarheid in hun stad. In Venlo gaan al verhalen rond dat criminelen panden aan het opkopen zijn van waaruit ze straks de illegale handel kunnen bedrijven.
De Haarlemse coffeeshophouders zijn de eersten die hebben aangekondigd dat ze de wietpas niet zullen invoeren. Ze hielden onlangs een enquête waaruit blijkt dat slechts 12 procent van hun klanten zich wil laten registeren. Dat is te weinig om van te kunnen leven.
Maar ja, wet is wet en die moet gevolgd worden, dat zegt ook een woordvoerder van het ministerie van Veiligheid en Justitie. ‘De burgemeester is verantwoordelijk en die zal moeten optreden. Als uiterste middel zal hij de coffeeshop kunnen sluiten.’
Een gevalletje van kieper maar over de schutting. Op landelijk niveau wordt iets besloten en het lokale bestuur wordt ermee opgezadeld. En nu wordt het interessant. Omdat het aan de gemeenten wordt overgelaten, kan het zijn dat burgemeester Hoes van Maastricht anders zal optreden tegen ongehoorzame coffeeshophouders dan burgemeester Rombouts van Den Bosch.
De gemeente Haarlem gaat de komende maanden volgen hoe de invoering van de nieuwe wet verloopt in het zuiden. ‘Wij moeten in Haarlem nog bepalen hoe we zullen optreden’, legt Renske Piet uit, woordvoerder van de gemeente Haarlem. ‘Daar heeft de gemeenteraad het laatste woord in, want die stelt het sanctiebeleid vast.’ De meest drastische maatregel om de coffeeshops te sluiten, lijkt haar niet wenselijk, omdat de handel in sofdrugs dan ondergronds zal gaan.
In het zuiden is twee maanden voor de invoering nog volstrekt onduidelijk hoe de gemeenten zullen reageren op ongehoorzame coffeeshophouders. Daarover wordt druk gepraat tussen de burgemeesters, de minister en het Openbaar Ministerie. Woordvoerder Arnoud Strijbis van de gemeente Eindhoven legt uit dat burgemeester Van Gijzel bij de minister voortdurend heeft gewezen op de handhavingsproblemen die zullen ontstaan.
Ja, de burgemeester zal moeten handhaven, daarvoor kan hij het bestuursrecht gebruiken of hij roept de hulp in van het Openbaar Ministerie en dan gaat het via het strafrecht. Het bestuursrecht kan worden ingezet als de openbare orde en veiligheid in het geding zijn. Het is echter de vraag of een weigering om een wietpas in te voeren de openbare orde en veiligheid schaadt en dus voldoende is om een coffeeshop te sluiten. De verwachting is dat daar lange juridische procedures over zullen worden gevoerd bij de rechter om hier jurisprudentie over te krijgen.
Volgens Strijbis kan het nog alle kanten op met de handhaving, omdat de criteria daarvoor nog moeten worden vastgesteld door de burgemeesters en de minister. In een brief van minister Opstelten die hij op 15 december aan de gemeenten heeft gestuurd, staat onder andere dat ‘de burgemeester het nieuwe drugsbeleid handhaaft in overleg met het Openbaar Ministerie en de politie, met inachtneming van de lokale prioriteiten’. Niet echt een duidelijke aanwijzing. Dat is hij wel als het gaat om het onstaan van illegale drugsmarkten. Die moeten direct worden aangepakt.