Maar ondertussen verandert de Europese Commissie het slot
Bron: PERSCENTRUM EUROPEES PARLEMENT
23-04-2008
Door: Boris Roessler
Door de goedkeuring van een verslag over het Groenboek over de rol van de burgermaatschappij in het drugbeleid (Franse versie, Duitse versie, Italiaanse versie, Spaanse versie, Poolse versie, Nederlandse versie) in de Europese Unie, geeft het Europese Parlement aan dat de burgermaatschappij een essentiële rol kan spelen in het voorstellen, definiëren, implementeren, beoordelen en opvolgen van het drugbeleid.
Door haar ervaring op het basisniveau, haar kracht in vernieuwing en haar mogelijkheden tot uitwisseling van informatie en bewezen praktische toepassingen, kan de burgermaatschappij een belangrijke toegevoegde waarde worden bij geplande maatregelen. Maar om hier ten volle gebruik van te maken, moet de burgermaatschappij erkend en gesteund worden van binnenuit, maar ook in het werkveld. Het rapport werd aangenomen met 600 stemmen voor, 35 tegen en 32 onthoudingen.
De burgermaatschappij – het interne aspect: De Europarlementariërs benadrukken het belang van de burgermaatschappij bij het bereiken van de doelen vastgelegd in de EU drugstrategie wat betreft preventie, het verzamelen van informatie en het omgaan met problemen veroorzaakt door afhankelijkheid van drugs. Zij roepen alle betrokken partijen op Europees en nationaal niveau op om de rol van de burgermaatschappij te erkennen op het gebied van schadebeperking, rehabilitatie en het beleid voor sociale reintegratie. De leden van het Europese Parlement roepen ook de Europese Commissie en de individuele lidstaten op om initiatieven van burgerorganisaties te stimuleren, vooral als het gaat over:
i) het versterken van de preventie en informatie rond de risico’s van druggebruik
ii) de behandeling van drugverslaafden in de gevangenis
iii)speciale preventie procedures introduceren in stedelijke gebieden met een verhoogd risico voor drugproblemen
iv)het organiseren van bewustmakingprocessen en preventie rond drugs en hun schadelijk effect op de gezondheid met de hulp van ouder- studenten- en lerarenverenigingen
v) het toepassen van een schadebeperkingsbeleid door rechtsstreek contact met mensen op straat en in wijken.
vi) reintegratie processen opstarten voor straatkinderen en achtergestelde gezinnen.
De Burgermaatschappij – het externe aspect: De Europarlementsleden vragen een versteviging van het externe aspect van de Europese drugstrategie zodat er aanhoudend invloed kan worden uitgeoefend op drugsproducerende landen. Er moet ook rekening gehouden worden met de ervaring van Europese NGO’s actief op dit gebied zodat de landen in kwestie aangemoedigd worden om de plaatselijke kweek kan overschakelen naar productie voor therapeutisch en medisch gebruik. Hierbij worden de Commissie en lidstaten vooral gevraagd om te onderzoeken of er samenwerkingsverbanden kunnen worden opgezet met burgerorganisaties die bezig zijn met de promotie van legale stoffen gewonnen uit cocabladeren. Er werden ook nog andere initiatieven voorgesteld zoals beschreven in de Aanbeveling van het Europese Parlement en de Europese Raad van 25 oktober 2007, waarbij de opiumproductie in Afghanistan gebruikt zou kunnen worden voor medische doeleinden of papavervelden besproeit zouden worden met middelen die niet schadelijk zijn voor mens, dier en milieu. Samenwerking met de wetenschappelijke sector en met internationale organisaties die werken rond drugsbestrijding (bijvoorbeeld, het Weense NGO Comité voor Verdovende Middelen of het “Beyond 2008”-initiatief, dat probeert de rol van de burgermaatschappij te versterken in de Algemene Vergadering van de VN over drugs (UNGASS)), wordt ook sterk aanbevolen.
Rol van de media: gezien de belangrijke rol voor de media, en vooral de digitale media, bij de bewustmaking van burgers, vooral jongeren die risico lopen drugverslaafd te worden, willen de EU-parlementsleden dat zij bevoorrechte partners zouden worden in het gevecht tegen drugs door bewustmakingscampagnes specifiek gericht naar vrouwelijke verslaafden. Vooral gerichte campagnes rond de schadelijke effecten van drugs op de lichamelijke en geestelijke gezondheid van jonge meisjes, zwangere vrouwen, vrouwen die borstvoeding geven. Ook dienen ze speciale aandacht te besteden aan de gezondheid van moeders met betrekking tot de besmetting met drugs tussen moeder en foetus. Informatiecampagnes zouden ook gericht moeten zijn op jonge gebruikers, nl. kinderen en minderjarigen.
Rol van de Kerk: Het rapport erkent dat religieuze en kerkgemeenschappen zeer actief zijn in het gevecht tegen drugs. Hun ervaringen moeten daarom ook dienen bij de omschrijving, toepassing en beoordeling van het drugbeleid.
De Europarlementariërs onderstrepen ook het belang van het Burgerforum voor Drugs, dat zij beschouwen als een eerste stap naar meer concrete en opbouwende betrokkenheid van de Europese burgerorganisaties in de Europese dynamiek voor preventie en drugbestrijding. Hoewel ze het spijtig vinden dat de deelnemers aan het Forum geselecteerd worden, wijzen ze erop dat het vooral de bedoeling is om rechtstreeks contact te onderhouden met verenigingen die op de barricaden staan bij het gevecht tegen drugs.
Meer financiële middelen: De parlementsleden vragen dat de EU de activiteiten van burgers ook financieel zou steunen, met de nodige budgettaire controles. Lidstaten worden opgeroepen om zoveel mogelijk overheidsfinanciën vrij te maken voor diensten voorgesteld door professionele burgerorganisaties. Er moeten financiële middelen voorzien worden om vrijwillegersorganisaties en ouderverenigingen te ondersteunen in hun gevecht tegen drugs. De Europarlementsleden zijn tevreden met de start van het “Speciale programma voor drugpreventie en informatie” voor de periode 2007-2013, maar betreuren de vertraging bij het vrijmaken van de fondsen die voorzien waren voor dat programma.